De meivakantie is weer voorbij, maar wat hebben we genoten van ons avontuur in de prachtige Ardennen! Samen met de familie Roest hebben we enkele huisjes gehuurd op onze favoriete plek. Omringd door de rustgevende natuur was het de perfecte uitvalsbasis voor onze avonturen.
Naast de weelderige groene bossen en kabbelende beekjes rondom ons huisje, hebben we genoten van de vele wildexcursies bij schemering. Of we nu vroeg in de ochtend opstonden of laat in de avond, er was altijd wel iets te zien. Vossen, zwijnen, reeën, edelherten en zelfs dassen kruisten ons pad. Prachtig mooi om de schepping zo te ervaren.
Jente en Amélie waren zo enthousiast dat we ze met moeite naar bed kregen. Begrijpelijk, want wat is er nu heerlijker dan wakker worden met de mist nog over het landschap? Zodra we buiten stapten, werden we begroet door de zingende vogels, waarna we snel de auto instapten, soms nog gehuld in een warme deken, voor een rondje speuren naar wild.
Het weer was zo aangenaam dat zelfs een verfrissende duik in de beek mogelijk was. Daarnaast hebben we marshmallows gebakken boven het vuur, de barbecue aangestoken en eindeloos gewandeld. Kortom, we kunnen terugkijken op een heerlijke tijd vol mooie herinneringen.
De laatste week van april zaten we een weekje in de Ardennen. Helaas was april voor ons echt een kwakkelmaand. Nadat we eerste allemaal corona hadden gehad kregen Jente en Amélie waterpokken. Jente was er erg ziek van maar bleek naast de pokken ook griep te hebben. Vervolgens kregen we allemaal griep. Peter hield keelontsteking maar het meeste leek over toen we op vakantie gingen. Maar helaas toen we eenmaal in de Ardennen waren kreeg Peter een terugval. Met een opgezwollen lymfeklier, oogontsteking, oorontsteking, zere keel en neusverkoudheid beleef je zo’n week vakantie toch anders als normaal. Zelfs zijn stem raakte hij kwijt. Gelukkig floten de vogels iedere ochtend prachtige liedjes. Vanaf de ontbijttafel konden we genieten van een zwartkop paartje die om het hardst hun liedjes lieten horen.
Bovendien vermaakten de kinderen zich goed en kregen we hulp van opa en oma Karels die vlakbij op vakantie waren. En zo konden we toch genieten. We hebben in de beek gespeeld, bloemen gezocht (het bos stond volop in bloem met sleutelbloemen, bosanemonen, maarts viooltje en pinksterbloemen), gewandeld, gebakjes gegeten, urenlang geschommeld, naar wild gespeurd en gebarbecued. Kortom we hebben een heerlijke vakantie gehad.
Het wild was ook goed vertegenwoordigd met als hoogtepunt een wilde kat. De bevers hadden dit jaar het terrein rond het huisje omgevormd tot een merengebied en lieten zich ook goed zien. Jente heeft er steeds meer oog voor. Jente mocht af en toe ’s avonds mee wildspeuren vanuit de auto en zag edelherten, reeën en vossen. Als opa dan voor haar idee te hard: kijk edelherten!” roept gaat haar vingertje voor haar mond en spreekt ze opa streng toe: “sssssst opa, anders worden ze bang!”. ’s Nachts sloop de wasbeer rond het huisje en konden we vanuit haar slaapkamer raam naar dit aparte beestje kijken.
Na de crisis stond er zoveel gras in Mormont dat het niet voldoende was om alles in één keer te maaien. Gelukkig bleef er nog genoeg over om ook een tweede tripje naar de Ardennen te moeten maken. En daarom vertrokken we wederom voor een fijn lang weekendje die kant op. Bovendien was het een mooie gelegenheid om de roedels die we eerder gespot hadden nog eens op te zoeken. Hoewel zo’n weekendje erg kort is was het weer prachtig.
Helaas sloeg de pech voor Jente wel toe. Niet alleen was ze beroerd van doorkomende tanden, ze maakte ook nog eens enorme brokken met een loopfietsje. Ze maakte een smakkerd en kwam precies met haar tanden op de hard stenen vloer. Het resultaat: een groot stuk voortand eraf, niet willen eten en heel veel spugen. Gelukkig gaat het nu allemaal beter en heeft ze behalve een gapend gat in haar gebit er niets aan overgehouden.
Omdat we door deze uitdagingen een beetje aan huis waren gebonden hebben we niet veel gewandeld. Gelukkig is er in het veld rond het huisje ook zat te zien. Een gelegenheid om weer eens wat meer insecten op de plaat te zetten. Kortom de foto’s zeggen de rest:
Nu de grenzen weer open zijn was het hoog tijd om weer eens richting de Belgische Ardennen af te reizen. De broer van Annette heeft er een huis en dit had door de crisis een tijd leeggestaan. Het gras stond inmiddels meters hoog dus er was genoeg werk. Tegen een klusje in zo’n omgeving zeggen we geen nee.
Op donderdagavond arriveerde we op bestemming. Bij aankomst zagen we al een roedel hindes met kalveren die het bos in rennen. Ook zagen we een weitje waar wat edelherten op hun gemak stonden te grazen. Aangrenzend aan het weiland een bouwvallig schuurtje. Een ideale spotplek! Na de eerste warme nacht waren we vroeg uit de veren. ’s Morgens vroeg opstaan is misschien niet het eerste waar je bij vakantie aan denkt maar zodra je buiten staat en de vogels hoort weet je weer waarom je het doet. De hele natuur wordt wakker, herten staan nog rustig op de voerakkers, het gras is nog nat van de dauw en de vlinders hangen nog rustig te wiegen in het gras op de maat van de wind. Veel zandoogjes kon ik vinden. De meeste nog zwaar van de dauw. Als je dan om 8:00 uur binnenstapt voor het ontbijt heb je er al een dag opzitten.
Na een dagje flink met gras te hebben gesleept met af en toe een wandeling tussendoor was het tijd voor het posten. Maar deze avond zat het niet mee! Toen ik om 19:00 uur mijn post wilde vatten liepen er al twee edelherten. Uiteraard lukte het me niet ongezien te blijven en namen ze de poten. Na meer dan een uur muisstil te hebben gestaan in het schuurtje zag ik weer beweging. Eindelijk! Maar juist op het moment dat ik ieder moment een hert voor mijn camera verwachte ging het weer mis. Een boer besloot dat van de 365 dagen in het jaar juist vandaag de ideale dag was om kunstmest te strooien op de aangrenzende akker. De edelherten namen de benen en ik vluchtte het bos in. Pas toen het al veel te donker was kwam er een edelhert de akker op. Moe en zat slenterende we naar huis. Gelukkig klaarde het een beetje op toen opeens overal vuurvliegjes vlogen. Een prachtig schouwspel!
Om de gemiste nachtrust in te halen besloten we (onder protest) geen wekker te zetten. Gelukkig besloot Jente rond een uur of vijf dat het hoog tijd was om wakker te worden. En als je dan toch eenmaal wakker bent kun je er maar beter uit gaan. Direct sloop ik terug naar de plek waar het de avond ervoor mis was gegaan. Maar weer mislukte het, de roedel liep nu zo dicht bij de weg dat ik me nergens achter kon verschuilen en twintig zwarte schimmen verdwenen in het bos. Iets wat teleurgesteld daalde ik af naar een beek. Ik zette mijn statief uit en stelde mijn camera in om de beekloop te fotograferen: korte lens, lange sluitertijd, timer-stand, etc. Opeens zie ik in mijn ooghoek beweging. In het verlengde van het beekje loopt iets. Een wasbeer! Met een reactie die lijkt op blinde paniek leg ik mijn statief plat, wissel ik met trillende handen lenzen en probeer zo snel mogelijk de instellingen te wijzigen. Terwijl ik klik realiseer ik dat de timer-stand er nog opstaat. In mijn gedachte schreeuw ik naar de wasbeer dat hij stil moet blijven zitten.
De wasbeer beleefd dit moment totaal anders, in alle rust loopt meneer zijn ochtendwandeling, stopt even bij een watervalletje en wast rustig zijn handen. Niets wat deze prachtige ochtend voor meneer in het water kan gooien totdat hij iets hoort. Een verdachte klik, een knipperend oranje lampje. Een gigantisch wezen van bijna twee meter wat met zweetdruppels op zijn voorhoofd en een verbeten trek op zijn gezicht aan een zwarte toeter staat te sjorren. Genoeg om ook bij de wasbeer blinde paniek op te roepen en met staart tussen de benen sprint hij weg. Het kan snel gaan. En zo veranderd het toch weer in een prachtige ochtend.
Hoewel we maar een lang weekend zijn geweest is bovenstaande slechts een fractie van de belevenissen. We hebben weer van de prachtige schepping genoten: bevers, grauwe klauwier, edelherten, reeën, zwijnen, vossen, een das, een bever, orchideeën en vlinders. Ja we denken zelfs een wilde kat te hebben gezien. Eigenlijk te veel om op te noemen. Onze Schepper Zijn werk is echt fantastisch mooi! We hebben genoten. De foto’s zeggen genoeg:
Ook dit jaar hadden we de mogelijkheid om met kerst er heel even tussenuit te gaan. Hoewel de dagen kort zijn en de nachten lang is het toch heerlijk om in de vrije natuur rond te lopen. De natuur staat al echt in winterstand. De bomen hebben hun blad verloren, de beek is veranderd in een wildwaterbaan en de bevers zijn druk aan het knagen.
Ook dit jaar was het weer genieten van de vogels rond het huisje, het mos wat overal in alle soorten en maten groeit en de paddenstoelen die door het natte weer lekker doorgroeien. Wat dat betreft hadden we niet de beste week een dagelijkse regenbui zorgde ervoor dat we regelmatig onze kleren moesten drogen bij de houtkachel.
De bevers zijn inmiddels zo algemeen dat je ’s nachts met een zaklamp altijd wel een glimp van ze opvangt. Regelmatig stonden we te schijnen en zagen we ze onder water duiken of aan een stuk boom knagen. Op die manier liep ik ook een vos tegen het lijf die aan de grond genageld zat tot ik hem op enkele meters was benaderd. Toen schoot hij er vandoor. Gelukkig had ik nog wat foto’s met Annette haar compact-camera gemaakt.
Behalve wat reeën hebben we deze vakantie geen groot wild gezien. De herten en zwijnen blijven in de dekking zolang het licht is. Pas als het donker is komen ze eruit. Daarbij wordt er dit seizoen veel gejaagd wat natuurlijk ook niet in ons voordeel werkt. Desondanks was het weer een heerlijke vakantie met prachtige belevenissen.
Achter ons ligt weer een prachtige vakantie in de Belgische Ardennen. We huurden het huisje Les Digitales. Vernoemd naar de latijnse naam van vingerhoedskruid (Digitalis purpurea). Hoewel de weersverwachting ronduit slecht was (koud, regen, bewolkt) hadden we zonovergoten warme dagen. We genoten volop.
’s Ochtends vanaf de ontbijttafel hoorden we de eekhoorns in onze tuin hazelnoten kraken. Je hoorde de zwarte specht als je wandelde en ’s avonds voor het slapen gaan schreeuwde de bosuil je welterusten. Denk daar de kabbelende beek bij en je hebt het meest rustgevende geluid wat je je kan voorstellen.
We zijn vrijwel iedere morgen vroeg opgestaan. Juist op die momenten als het nog schemerig is zie je het meeste wild. Vaak zagen we herten die verbaasd ons aankeken en dan rustig de dekking in liepen. Als je dan terug komt om te ontbijten heb je er voor je gevoel al een dag opzitten. Fantastisch!
Wandelen hebben we ook volop gedaan. Met Jente in onze Deuter. Een geweldige rugzak die we nog even in de week voor de vakantie op Marktplaats.nl hebben gescoord. Een uitkomst, want Jente kan vanuit haar hoge wildkansel alles goed overzien en papa kan gewoon lekker foto’s maken.
We beleefden de meest prachtige momenten: Zwijnen die door het hoge gras opeens op een paar meter voor je staan. Je schrikt bijna net zo hard als het zwijn. Edelherten die door de metershoge varens heen denderen. Vlinders die nat van de dauw hangen te drogen, 5 wasberen die je tegenkomt op hun strooptocht doordat je toevallig met je zaklamp schijnt. Bevers die vlakbij de door ons opgezette schuiltent langs zwemmen. Zelf een visarend die op doortocht even in de Ardennen kwam uitrusten. Eigenlijk teveel om op te noemen.
Nu het stucwerk lekker aan het drogen is zijn wij verplicht even rust te nemen. De verbouwing is in volle gang en inmiddels is vloerverwarming ingestort en de keuken gestuct. Nog even en er pronkt een nieuwe keuken in ons stulpje. Uiteraard is er weer een nieuwe landing bouwmateriaal nodig. En raad eens waar die spullen staan? Jawel! In Mormont (Erezee), in de Ardennen.
Een goed excuus om dus even een ritje die kant op te maken. Als je er toch bent kun je net zo goed even wandelen en van de natuur genieten.
Op vrijdag komen we laat aan. Aangezien de Kodiaq een tendermaster aan zijn staart heeft hangen gaat het niet harder als 90km/h. Annette mag het hele eind rijden want hoewel zwanger is ze in het bezit van een aanhanger-rijbewijs. Onderweg zien we tot 3 keer toe een ree en twee edelherten. Een goed begin van dit weekendje. Aangekomen laden we snel uit en ik spurt naar het dassenveldje. De vorige keer handen we hier een geweldige ontmoeting met Dirk Das, wie weet of dat nog een keer lukt! Een ree rent blaffend het veld af. Snel zet ik de camera in positie en maak het me comfortabel. Ik lig languit op een paadje wat recht naar het dassenhol loopt. Mijn lens gericht op de ingang van de burcht. Links van me is de berghelling rechts van mij het veldje. De tijd verstrijkt, het blijft rustig. Af en toe hoor ik wat maar het kan zijn dat ik me dingen ga inbeelden. Als het al tegen de schemer loopt wil ik even gaan verzitten. Ik richt me op en hoor een gigantisch kabaal op een twee meter links van me. In de berghelling is ook een burcht-uitgang. Een jonge das heeft blijkbaar besloten vandaag via de zijdeur naar buiten te gaan. Geschrokken van mij duikt hij direct weg. Ik zit muisstil en beweeg geen spier. Een kleine minuut later zie ik opeens een wit-zwart kopje boven het gat uitsteken. Ik kijk in de kraaloogjes van een das. Hoewel op zijn hoede zit hij duidelijk op zijn gemak rond te kijken. Hij snuift eens goed de avondlucht op. Daar lig je dan, op 2 meter afstand van een jonge das zonder haast met een camera voor je met een telelens van 300 millimeter erop. Onmogelijk om een foto te maken, maar wat een beleving. Het duurt niet lang of de jonge das trekt zich weer terug.
Dag twee maak ik een prachtige wandeling door de mist. Af en toe ziet ik een hert wegrennen of hoor ik iets. Ik besluip een hinde die niets vermoedend gras staat te knagen. Later op dag wordt het warm. We pakken de auto in en genieten van de natuur rond het huis: vleermuizen in de spouwmuur, behangersbijen die hun nest maken in het muurtje van het terras, een wolfspin die met haar eikapsel loopt te slepen, vuursalamanders, beversporen, een grote weerschijnvlinder die langs vliegt en Welriekende nachtorchis bij de buren.
Jawel, terwijl heel het Nederlandse volk de verjaardag van onze koning vierde piepten wij er tussenuit. Naar het zuiden, naar onze afvallige provincie: België. Mormont (Érezée), om precies te zijn. Hoewel daar geen rood-wit-blauwe vlaggen wapperden, vlogen ook daar de oranjetipjes om je oren. De lente is nu op volle toeren en dat kun je in de natuur goed zien. Maarts viooltje, slanke sleutelbloem, dotters, pinksterbloemen, alles groeit en bloeit. Het was dan ook weer volop genieten in de vorstelijke wouden van de Ardennen. We zagen edelherten, parende tauvlinders, boomleeuwerik, zonnende mieren, vuursalamanders, reeën, een vos (de meeste dieren waren in het oranje-bruin gestoken), maar de kroon op dit weekend was wel onze ontmoeting met Dirk Das.
We wisten al dat Dirk Das zijn intrek heeft genomen op een weilandje in de buurt. De vele holen en zandhopen verraden zijn aanwezigheid. De eerste avond en daarop volgende ochtend probeerden we vanuit een schuilhut hem te zien. Helaas zonder succes en dat terwijl de nachtcamera het bewijs leverde dat Dirk om half 9 een luchtje was komen scheppen! De tweede avond pakten we het anders aan. Op zeven meter van het burcht verwijderd positioneerden we ons in het struikgewas. De minuten vervlogen waarin we langzaam het gevoel in onze benen kwijt raakten. Na een uur roerloos te hebben gezeten vervloog de hoop. Had Dirk besloten vandaag de achterdeur te gebruiken? Het werd inmiddels ook al schemerig en de condities om een foto te maken werden slechter en slechter. Maar toen we bijna wilden weggaan is hij daar opeens: Dirk! Zijn kop boven het hol uit stekend neemt hij de omgeving eens goed in zich op. Zijn neus gaat omhoog om even alle aroma’s van de omgeving op te snuiven. Binnen enkele seconden heeft hij zijn hoofd al weer in het hol getrokken. Hij vertrouwd het zaakje niet helemaal. Na een halve minuut doet hij nog een poging. Nu komt hij even de burcht in zijn geheel uit om zijn ogen (hoewel ze niet al te best zijn) even aan het licht te laten wennen. Hij draait zich eens rond maar voelt: iets is hier niet pluis. Hij gaat weer snel naar binnen. Zijn vrouw en kinderen naar binnen dirigerend. Ze moeten nog maar even een half uurtje binnen spelen. De wildcamera laat prachtig zien hoe ze even later met hun vieren buiten de burcht komen. De kinderen dollend en spelend terwijl de ouders zich even een goede poets- en krabbeurt geven. Afijn, de beelden spreken voor zich.
En met zo’n ontmoeting is ons weekend met vlag en wimpel geslaagd!
Terwijl we in Nederland nog maar net onze auto ’s ochtends hoeven te krabben, ligt er in België nog gewoon sneeuw. Sterker nog, enkele dagen geleden sneeuwde het er nog. Omdat we toch in de ‘buurt’ waren hebben we een nachtje geslapen in Mormont (Érezée). In dit pittoreske plaatsje weten we inmiddels een paar locaties waar dassen wonen. Dassen houden geen winterslaap, maar zijn in de winter wel een stuk minder actief. Desondanks waren er in de verse sneeuw tal van pootafdrukken te vinden. Uiteraard hebben we de nachtcamera opgehangen vlakbij een spoor. En jawel hoor, de volgende dag hadden we een filmpje van zo’n mooie zwart-witte zwerver. Iets minder fortuinlijk ging het zijn familielid(?) af. De volgende dag vonden we hem in een veldje verderop. Blijkbaar was er al een beest aan het slepen geweest met het karkas van de dode das want er ging een bruinrood spoor door de sneeuw.
Herten spotten valt momenteel ook niet mee. Met hun donkere wintervacht vallen de reeën en edelherten weg tegen de zwart witte achtergrond. Daarbij vormen de edelherten nu grote roedels. Je ziet er dus geen één, of een heleboel tegelijk. Wij hadden het geluk een roedel te spotten. Weliswaar geen grote geweidragers (die vormen aparte roedels, los van de hindes) maar toch fantastisch om te zien!