Het is weer de hoogste tijd om de Zouweboezem te bezoeken. De blauwborst is enige weken terug weer neergestreken en de fitsen fluiten hun arme longetjes rauw. Als je nu ’s ochtends het richting het plankenpand loopt doet het bijna pijn aan je oren. Hoewel de kiekendieven zich nog koest houden zijn ook zij inmiddels weer neergestreken. Kortom het spektakel is gestart en dat is echt genieten.
Ook Jente kijkt haar ogen uit als ze mee mag. Binnenkort maar snel weer terug!
Als je van vogelgeluid happy wordt is het nu wel de mooiste tijd om er ’s ochtends vroeg uit te gaan en de natuur in te trekken. Een paar weken terug was ik in natuurgebied De Zouweboezem. Dit gebied bestaat uit rietlanden, grienden en de rivier de Oude Zederik die er doorheen stroomt. Het gebied is fantastisch om vogels te spotten. Zeker als je vroeg in de ochtend bent is het een gefluit en gekwaak van jewelste. Of zoals het in het Hooglied staat: “De bloemen worden gezien in het land, de zangtijd genaakt, en de stem van de tortelduif wordt gehoord in ons land.”
Na eerst even bij de broedende kiekendieven te hebben gekeken ga ik via het plaatsje Sluis naar beneden, de dijk af. Er is daar een fietspad met aangrenzend veel riet. Al snel zie ik rietgorzen en tjiftjafs. Ook de rietzangers laten zich vandaag erg goed zien. Bovenin een rietstengel zittend schreeuwen ze hun keel schor met een repertoire waar een doorsnee orkest nog wat van kan leren. Na een stukje gelopen te hebben hoor ik een snor (niet te verwarren met gelijknamige lichaamsbeharing). Na een tijd wachten komt hij eindelijk te voorschijn. Hoewel zijn verenkleed niet heel bijzonder is, is zijn roep dat des te meer. Je kunt die hier beluisteren.
Als ik bij het plankenpand sta, zie ik opeens een blauwborst in mijn ooghoeken. Deze prachtig gekleurde vogel broed in ons land van maart tot juli. Buiten deze maanden overwinteren de blauwborsten in Spanje, Portugal en West-Afrika. Heel even laat hij zijn oranje staartveren waaieren maar het vogeltje is sneller dan ik kan fotograferen. Toch een prachtige ervaring. Als ik om 11:00 uur weer terug loop naar de auto is het inmiddels druk geworden op het fietspad. Andere vogelaars zijn gekomen om ook van dit prachtige natuurgebied te genieten. Ik ga snel naar Nieuwland, daar wacht de verbouwing.
Om te genieten in de natuur hoef je niet ver te gaan. Op slecht 6 kilometer hierbij vandaan ligt een prachtig plekje: de Bolgerijsekade. Rond de Bolgerijskekade liggen mooie weilanden omgeven met grienden vol wilgen, elzenbosjes en populierenopstanden. Er lopen veel reeën in het gebied en er zitten tal van vogelsoorten. Iets voorbij de T-splitsing van de Bolgerijsekade en Kostverlorenweg kun je parkeren en vandaar neemt een wandelpad je mee de polder in. De slootjes staan voor krabbenscheer en in de natte stukjes loofbos groeien tal van paddenstoelen. De slootkanten begroeit met kattenstaarten en zwanenbloemen. Halverwege de route kom je langs een kijkscherm, maar het uitzicht over de plas water erachter is niet veel soeps. Veel interessanter is het hoornaar-nest vlak langs de route. Het zit netjes weggewerkt in een hol in een knotwilg. De knotwilgen zijn hier prachtig bekleed met dubbelloofvaren.
Vooral tegen de schemer bij de ondergaande zon is dit een prachtige plek om te zijn. De rust en stilte zijn fenomenaal. Een uil roept in de verte, een paar buizerds die vechten, een winterkoninkje wat dapper zijn territorium verdedigt. Op zo’n moment bekruipt je een gevoel wat niet in woorden is te vatten. Zoiets kan je alleen ervaren. Vooral na een dag werken kom je hier heerlijk weer tot jezelf. Hier kun je even je gedachten op een rijtje zetten. Even met God praten. Even luisteren naar de wind. Even genieten van de laatste rode zonnestraaltjes. Heerlijk!
Wie bij Kampina meteen aan een melkproducent denkt moet nodig eens naar buiten. Vandaag zijn we in de Kampina geweest. Een natuurgebied met bos, heide en beekdalen in Noord-Brabant. Maarten, Arné en ik gingen vroeg op pad, om 7:00 stonden we op de parkeerplaats. Zonder koffie welteverstaan want die stond vergeten op de keukentafel bij familie Roest. Al snel zien we op de weilandjes langs het pad reeën. Ze hebben nu nog een woeste vacht vol vale plekken door het wisselen van de wintervacht in een zomervacht. Het moment is prachtig: dauw op het gras, vogels die de nacht weg fluiten, een specht die opzoek naar zijn ontbijt en er lustig op los tikt. Alleen het tikken van de camerasluiter en verder niets. De atmosfeer is adembenemend mooi.
Iets verder worden we compleet verrast. Een ree staat op enkele meters van het pad als we hem passeren. Een moment staart hij ons roerloos aan om vervolgens weg te sprinten het schemerige bos in. Op het pad vliegt een goudvink op. Ook al zo’n prachtig beest. Vanuit het bos lopen we richting een vennengebied waar een kijkscherm geïnstalleerd is. Opeens vliegt en pijlsnel iets over ons heen. Een visarend is op de plassen bezig geweest om vis te verschalken. Bij het kijkscherm zelf is niet veel te zien, wat eenden en ganzen bevolken de plas. Het weer is wat bewolkt en fris. In een boom vlakbij zit echter een gekraagde roodstaart te zingen. Blij met alles wat we hebben gezien lopen we richting de heide. We horen iets tjirpen. Met lange halen wordt het tjirpen herhaald. Als ik niet met van die vogelkenners op pad was geweest had ik gedacht dat er een reuze sprinkhaan in de bosjes had moeten zitten. Ik vergis me echter, het gaat hier om een vogel: de sprinkhaanzanger. Bij sommige vogels vraag je je af waar ze hun naam aan te danken hebben (neem nou bijvoorbeeld de merel) maar bij deze is het onmiskenbaar! We wachten en wachten, maar hoewel het vogeltje treiterend blijft zingen laat hij zich niet zien. Als we op het punt staan het op te geven zie ik in een flits iets door het gele gras heen schieten. We houden ons muisstil en wachten. Maar dan wordt het wachten beloond! In een omgevallen dennenboom hupt meneer van tak tot tak. Af toe kunnen we snel een glimp van hem opvangen. Prachtig!
Na een setje registratieplaten lopen we verder. Op de heide bungelt een leeuwerik in de lucht. Met sierlijke duikvluchten komt hij af en toe naar beneden. We proberen zijn buitelingen vast te leggen maar oh wat is hij snel! Verderop bij de vennen vinden we ronde zonnedauw. Hoewel hij nog op de rode lijst staat, zie je hem tegenwoordig steeds vaker. Hij is officieel sinds begin dit jaar ook niet beschermd. Een prachtig plantje groeit op een polletje veenmos middenin het water. Ik leun met mijn voeten op een pol gras. Ik moet met mijn armen reiken om het plantje goed scherp te krijgen. Nog ietsje dichterbij voor een goed shot. Ik voel beweging bij mij voeten en ja hoor. Ik zak dwars door de pol zo het moeras in. Natte voeten, schoenen en broekspijpen, heerlijk.
We gaan richting huis. We hebben zoveel gezien dat we het gevoel hebben er al een dag op te hebben zitten. Dat terwijl het nog maar 12:00 uur is. Dit is pas nuttig je tijd besteden! Thuis gekomen vieren we de belevenissen met wat broodjes kroket. We denken na wat we vanmiddag nog kunnen doen. Annette wil nu ook wel mee. Hoewel de lucht wat betrekt rijden we richting de Zouweboezem. Hier in het riet broeden wat paartjes bruine kiekendieven. Nog voordat we de auto hebben geparkeerd zien we al een mannetje aan komen vliegen. Hij lijkt neer te storten in het riet. We worden goed voorzien vanmiddag. Je hoort ze van ver al roepen: een hoge krijsende schreeuw. De vliegshow gaat continue door, het mannetje en vrouwtje wisselen we elkaar af. Er blijken minimaal 3 kiekendieven te vliegen. Het onderscheid is bij de vrouwtjes te zien. De ogen van het jonge vrouwtjes zijn bruinzwart, naarmate ze ouder worden worden de ogen geler. Dit zie je terug op de foto’s. Eentje maakt zelfs nog even een duikvlucht. We schieten leuke kiekjes en zo toppen we deze topdag nog eens extra goed af.