Tag archieven: natuur

Hooibouw in Mormont

Nu de grenzen weer open zijn was het hoog tijd om weer eens richting de Belgische Ardennen af te reizen. De broer van Annette heeft er een huis en dit had door de crisis een tijd leeggestaan. Het gras stond inmiddels meters hoog dus er was genoeg werk. Tegen een klusje in zo’n omgeving zeggen we geen nee.

Op donderdagavond arriveerde we op bestemming. Bij aankomst zagen we al een roedel hindes met kalveren die het bos in rennen. Ook zagen we een weitje waar wat edelherten op hun gemak stonden te grazen. Aangrenzend aan het weiland een bouwvallig schuurtje. Een ideale spotplek! Na de eerste warme nacht waren we vroeg uit de veren. ’s Morgens vroeg opstaan is misschien niet het eerste waar je bij vakantie aan denkt maar zodra je buiten staat en de vogels hoort weet je weer waarom je het doet. De hele natuur wordt wakker, herten staan nog rustig op de voerakkers, het gras is nog nat van de dauw en de vlinders hangen nog rustig te wiegen in het gras op de maat van de wind. Veel zandoogjes kon ik vinden. De meeste nog zwaar van de dauw. Als je dan om 8:00 uur binnenstapt voor het ontbijt heb je er al een dag opzitten.

Na een dagje flink met gras te hebben gesleept met af en toe een wandeling tussendoor was het tijd voor het posten. Maar deze avond zat het niet mee! Toen ik om 19:00 uur mijn post wilde vatten liepen er al twee edelherten. Uiteraard lukte het me niet ongezien te blijven en namen ze de poten. Na meer dan een uur muisstil te hebben gestaan in het schuurtje zag ik weer beweging. Eindelijk! Maar juist op het moment dat ik ieder moment een hert voor mijn camera verwachte ging het weer mis. Een boer besloot dat van de 365 dagen in het jaar juist vandaag de ideale dag was om kunstmest te strooien op de aangrenzende akker. De edelherten namen de benen en ik vluchtte het bos in. Pas toen het al veel te donker was kwam er een edelhert de akker op. Moe en zat slenterende we naar huis. Gelukkig klaarde het een beetje op toen opeens overal vuurvliegjes vlogen. Een prachtig schouwspel!

Om de gemiste nachtrust in te halen besloten we (onder protest) geen wekker te zetten. Gelukkig besloot Jente rond een uur of vijf dat het hoog tijd was om wakker te worden. En als je dan toch eenmaal wakker bent kun je er maar beter uit gaan. Direct sloop ik terug naar de plek waar het de avond ervoor mis was gegaan. Maar weer mislukte het, de roedel liep nu zo dicht bij de weg dat ik me nergens achter kon verschuilen en twintig zwarte schimmen verdwenen in het bos. Iets wat teleurgesteld daalde ik af naar een beek. Ik zette mijn statief uit en stelde mijn camera in om de beekloop te fotograferen: korte lens, lange sluitertijd, timer-stand, etc. Opeens zie ik in mijn ooghoek beweging. In het verlengde van het beekje loopt iets. Een wasbeer! Met een reactie die lijkt op blinde paniek leg ik mijn statief plat, wissel ik met trillende handen lenzen en probeer zo snel mogelijk de instellingen te wijzigen. Terwijl ik klik realiseer ik dat de timer-stand er nog opstaat. In mijn gedachte schreeuw ik naar de wasbeer dat hij stil moet blijven zitten.

De wasbeer beleefd dit moment totaal anders, in alle rust loopt meneer zijn ochtendwandeling, stopt even bij een watervalletje en wast rustig zijn handen. Niets wat deze prachtige ochtend voor meneer in het water kan gooien totdat hij iets hoort. Een verdachte klik, een knipperend oranje lampje. Een gigantisch wezen van bijna twee meter wat met zweetdruppels op zijn voorhoofd en een verbeten trek op zijn gezicht aan een zwarte toeter staat te sjorren. Genoeg om ook bij de wasbeer blinde paniek op te roepen en met staart tussen de benen sprint hij weg. Het kan snel gaan. En zo veranderd het toch weer in een prachtige ochtend.

Hoewel we maar een lang weekend zijn geweest is bovenstaande slechts een fractie van de belevenissen. We hebben weer van de prachtige schepping genoten: bevers, grauwe klauwier, edelherten, reeën, zwijnen, vossen, een das, een bever, orchideeën en vlinders. Ja we denken zelfs een wilde kat te hebben gezien. Eigenlijk te veel om op te noemen. Onze Schepper Zijn werk is echt fantastisch mooi! We hebben genoten. De foto’s zeggen genoeg:

terug naar het bos

Ons bezoek aan de vliegend herten smaakte naar meer. Toevallig hadden we afgelopen vrijdag een project in Lunteren met mijn werk waar we bovendien vroeg klaar waren. Het plan om vanaf daar even door te rijden was daarom snel gemaakt. Ook Gilles wilde wel een keer mee. Na wat plekken afgezocht te hebben naar de vliegend herten was het raak. Bij de eikenboom waar we de vorige keer waren wezen kijken vonden we deze keer maar liefst drie vrouwtjes, een mannetje en drie dode mannetjes. Helaas was ik zo dom om mijn statief niet mee te zeulen waardoor de foto van het opstijgende mannetje mislukt is. Om het leed nog wat groter te maken overliepen we een edelhertkalf terwijl mijn macrolens nog op mijn camera zat geschroefd. De ervaring was er niet minder om. Verder zagen we zwijnen, zwarte spechten, loopkevers en overal bloeiende vingerhoedskruid. Nog nooit heb ik het zo uitbundig overal zien bloeien.

De avond had echter nog een bijzondere verassing in petto. Terwijl onze voeten al wat moe werden zag Gilles op heide iets wat op een konijn leek. Het konijn bleek echter een jong vosje te zijn wat de wereld buiten mamma’s vertrouwde hol aan het verkennen was. Bovendien had hij twee broertjes of zusjes. Maar liefst drie vosjes speelde rustig voor ons ogen. Wat een fantastische ervaring! Na afgesloten te hebben met een roedel hindes en hier en daar wat zwijnen liepen we terug naar de auto. Een wandelingetje van 16,7 kilometer. Een betere afsluiting van de werkweek kan ik me niet voorstellen!

In het Spoor van de Wolf

Het zal je vast niet ontgaan zijn, de wolf heeft zich in Nederland gevestigd. Net als de bever ooit lijkt het nu bijna onvoorstelbaar om er eentje tegen het lijf te lopen. Maar wat vinden we 16 februari in het bos?! Een hoop ondefinieerbare keutels. Het lijkt op een hoop hondenstront met heel veel haar. Omdat het ons zo onwaarschijnlijk lijkt dat dit wolvenkak is maken we geen foto. Tot ik op Instagram een foto van wolvenpoep tegenkom. Exact hetzelfde spul!! Oftewel, ook in Elspeet is de wolf aanwezig.

Een kleine maand later zijn we op bezoek bij familie Roest in Gortel. We lopen een mooie wandeling door het bos. En wat vinden we op het pad? Weer een hoop keutels. Dit keer wel een foto gemaakt uiteraard. Het blijft echter gissen, zou dit nu echt van de wolf zijn? Zou hij zich hier ergens ophouden? Als we verder lopen komen we bij een weitje. In de hoek tegen de bosrand zien we drie zwijnen liggen slapen! Behoedzaam loop ik met Maarten er naar toe. We sluipen dichter en dichterbij, ons hart bonzend in de keel. Maar… de zwijnen vertrekken geen spier! Morsdood blijken ze te zijn. Bovendien liggen er nog meer karkassen, een das, een half vergane ree. Beteuterd slaan we het gade. Peter voelt nog even in zijn jaszak of hij niet ergens een zakmes heeft om wat slagtanden te verwijderen.

…Maar uiteraard is dat het moment waarop de boswachter aan komt karren. Het zal weer eens niet. Een hele hoop excuses en verontschuldigingen later weten we dat de karkassen daar zijn neergelegd door hem. Verkeersslachtoffers die terug gegeven worden aan de natuur. We laten hem de foto van de wolvenpoep zien. Hij reageert meteen: “onmiskenbaar van de wolf”. Yes! Nu is het bevestigd. Uiteraard heeft de komst van de wolf wel zijn schaduwkanten. De boswachter verteld dat de roedel moeflons al flink is uitgedund door de wolf. Ook het roodwild is veel schuwer en klontert samen uit veiligheid. In de Bijbel staat niet voor niets over verslindende wolven.

Hoe vervelend ook, het is ook wel erg gaaf! Als we tegen de schemer weer door het bos struinen spreken we een tweede boswachter. Ook hij bevestigt de foto. Kortom, het is officieel: we hebben de sporen van de wolf gevonden. Wie weet hoor je ze binnenkort huilen of komt die foto van de wolf er toch echt. En voor dat roodwild moeten we dan maar gewoon nog beter ons best doen. Want het zit er zeker. En dat bewijst Maarten ook maar weer eens als hij die nacht een prachtig filmpje met de nachtcamera maakt.

Koningsdas

Jawel, terwijl heel het Nederlandse volk de verjaardag van onze koning vierde piepten wij er tussenuit. Naar het zuiden, naar onze afvallige provincie: België. Mormont (Érezée), om precies te zijn. Hoewel daar geen rood-wit-blauwe vlaggen wapperden, vlogen ook daar de oranjetipjes om je oren. De lente is nu op volle toeren en dat kun je in de natuur goed zien. Maarts viooltje, slanke sleutelbloem, dotters, pinksterbloemen, alles groeit en bloeit. Het was dan ook weer volop genieten in de vorstelijke wouden van de Ardennen. We zagen edelherten, parende tauvlinders, boomleeuwerik, zonnende mieren, vuursalamanders, reeën, een vos (de meeste dieren waren in het oranje-bruin gestoken), maar de kroon op dit weekend was wel onze ontmoeting met Dirk Das.

We wisten al dat Dirk Das zijn intrek heeft genomen op een weilandje in de buurt. De vele holen en zandhopen verraden zijn aanwezigheid. De eerste avond en daarop volgende ochtend probeerden we vanuit een schuilhut hem te zien. Helaas zonder succes en dat terwijl de nachtcamera het bewijs leverde dat Dirk om half 9 een luchtje was komen scheppen! De tweede avond pakten we het anders aan. Op zeven meter van het burcht verwijderd positioneerden we ons in het struikgewas. De minuten vervlogen waarin we langzaam het gevoel in onze benen kwijt raakten. Na een uur roerloos te hebben gezeten vervloog de hoop. Had Dirk besloten vandaag de achterdeur te gebruiken? Het werd inmiddels ook al schemerig en de condities om een foto te maken werden slechter en slechter. Maar toen we bijna wilden weggaan is hij daar opeens: Dirk! Zijn kop boven het hol uit stekend neemt hij de omgeving eens goed in zich op. Zijn neus gaat omhoog om even alle aroma’s van de omgeving op te snuiven. Binnen enkele seconden heeft hij zijn hoofd al weer in het hol getrokken. Hij vertrouwd het zaakje niet helemaal. Na een halve minuut doet hij nog een poging. Nu komt hij even de burcht in zijn geheel uit om zijn ogen (hoewel ze niet al te best zijn) even aan het licht te laten wennen. Hij draait zich eens rond maar voelt: iets is hier niet pluis. Hij gaat weer snel naar binnen. Zijn vrouw en kinderen naar binnen dirigerend. Ze moeten nog maar even een half uurtje binnen spelen. De wildcamera laat prachtig zien hoe ze even later met hun vieren buiten de burcht komen. De kinderen dollend en spelend terwijl de ouders zich even een goede poets- en krabbeurt geven. Afijn, de beelden spreken voor zich.

En met zo’n ontmoeting is ons weekend met vlag en wimpel geslaagd!